TU Delft breidt aantal studieplekken op campus uit en begint met practica

Om studenten een steuntje in de rug te geven kijkt de TU naar mogelijkheden om meer fysiek onderwijs en meer studieplekken beschikbaar te maken op de campus.

Het online studeren valt voor studenten zwaar. Geen sociale contacten, geen borrels na de college, geen in-persoon colleges. En het wordt helemaal onmogelijk als je in een groot studentenhuis woont waar thuis studeren voor de crisis al geen optie was.

Verandering

Daarom is de TU nu aan het onderzoeken hoe ze meer studieplekken én meer fysiek onderwijs mogelijk kunnen maken. Op dit moment is er alleen plek voor de meest kwetsbare studenten bij de TU-campus die via hun studieadviseur een aanvraag kunnen doen voor zo’n studieplek.

Welzijnsweek voor studenten is groot succes >

Maar vanaf maandag 1 maart wil de TU dat daar verandering in komt. Het aantal plekken bij de bibliotheek, het Pulse-gebouw en later ook op verschillende faculteiten wordt het aantal studieplekken fors uitgebreid, zo meldt de universiteit op haar website.

Via een speciaal systeem kunnen de studenten een plek aanvragen, dit hoeft dan dus niet meer via de studieadviseur. “Deze plekken zijn ook bedoeld voor studenten die thuis lastig kunnen studeren”, aldus Rob Mudde de Vice President Education van de TU Delft. Uiteraard wordt er bij de uitbreiding van het aantal studieplekken rekening gehouden met de richtlijnen van het RIVM.

Bubbels

Ook is de TU Delft bezig met een pilot in het fysiek geven van practica. De universiteit wil deze weer mogelijk maken met behulp van aanvullende maatregelen, gedragsbeïnvloeding, gedetailleerde monitoring én geavanceerde loop-interactiemodellering.

Het gaat hierbij om practica die anders niet plaats hadden kunnen vinden, omdat de anderhalve meter afstand hierbij niet gewaarborgd kan worden. Denk bijvoorbeeld aan groepspractica in een werkplaats of studieruimte of een laboratoriumpracticum of vliegproef.

Studentenvakbond roept op om te stoppen met online surveilleren >

De aanwezigen bij deze pilotpractica krijgen de mogelijkheid om zich te laten testen (via een snel-, coronablaas-, en/of PCR-testen). Ook wordt er gewerkt met kleinere groepjes, zogenoemde bubbels, als de organisatie van de practica dit toelaat. Via een data-inwinningssysteem worden de interacties tussen de aanwezigen of bubbels in de practicumruimtes anoniem maar realtime bepaald.

Vrijwillig

Deze data samen met geavanceerde loopstroommodellen geeft volgens de TU een gedetailleerd inzicht in hoe mensen zich gedragen. Zo is precies te zien hoe lang, vaak en op welke afstand interacties worden uitgevoerd. En welke maatregelen en effectief en minder effectief zijn.

Door deze pilotpractica kunnen risico’s beter worden ingeschat en protocollen worden ontwikkeld en geoptimaliseerd. Het deelnemen aan de pilots is vrijwillig, want wanneer een student niet deelneemt is er altijd een mogelijkheid om het onderwijs op een alternatieve manier te volgen.

Hoe vijfentwintig TU Delft studenten hielpen bij het tekort aan beademingsapparatuur >

De universiteit is op het moment van schrijven nog bezig om te beslissen welke practica onderdeel uit zullen maken van de pilot. Ook de Haagse Hogeschool en het ROC Mondriaan sluiten zich aan bij de pilot van de TU Delft. De pilot maakt onderdeel uit van een groter pakket aan (landelijke) pilots dat erop gericht is om zo snel mogelijk meer fysiek onderwijs mogelijk te maken op de campus.