Unieke vondsten in Middeleeuwse tunnel in Delft bekroond

Fotograaf: Ritter, P.J.A.

Er zijn vorig jaar unieke vondsten gedaan in de Middeleeuwse tunnel onder Sint-Huybrechtstoren in Delft. Het zijn een van de meest unieke vondsten die in 2020 zijn gedaan. Dit is te lezen in de nieuwste archeologische kroniek, het naslagwerk van de archeologie van Zuid-Holland, die deze maand is verschenen. Dit document biedt een uniek kijkje in de wereld van opgravingen.

Want wat niet veel mensen weten is dat er onder het wegdek van het Oostplantsoen, ter hoogte van roeivereniging ‘De Delftsche Sport’ een middeleeuwse tunnel loopt. De tunnel ligt onder de Sint-Huybrechtstoren, een waltoren die gebouwd is rond 1500. Samen met de stadswal, de stadsbuitengracht en de stadspoorten waren de waltorens onderdeel van de stadsverdediging.

Wat was de vondst?
Tijdens de opgraving zijn er scherven gevonden. Maar er was nog een andere vondst, namelijk: een zware hardstenen paal met inscriptie. Deze paal is meer dan 1 meter lang en is aan de bovenkant een vierkant met een breedte van maar liefst 30 cm. De hoeken zijn afgeschuind en op de bovenkant en aan één zijkant staat de letter ‘O’ en het getal 6. Het gaat om een grenspaal.

Uit onderzoek is gebleken dat dit soort palen in de 19de eeuw door het Ministerie van Oorlog zijn gebruikt, om terreinen af te zetten. De letter ‘O’ staat dan ook voor Oorlog en het cijfer is een volgnummer. Alle hoekpunten van een terrein hadden nummers die zijn ingetekend op een kaart. Deze zijn ook terug te vinden op een militaire plattegrond van het Artillerie Magazijn, en daarmee is heel nauwkeurig vast te stellen waar de paal stond.

Wegwerkzaamheden
De tunnel gaf vroeger toegang tot een ruimte onderin de Sint-Huybrechtstoren waar wapens en kruit konden worden opgeslagen. De ligging van de tunnel was bekend, maar in het kader van wegwerkzaamheden kon de tunnel uitvoerig worden onderzocht en in kaart worden gebracht. Er zijn bovendien maatregelen getroffen om het unieke bouwwerk voor de toekomst te behouden.

Onderin de toren bevond zich een overdekte ruimte waar wapens en kruit veilig konden worden opgeslagen. De tunnel onder de wal doorgaf toegang tot deze belangrijke ruimte en kon dan ook hermetisch worden afgesloten. De andere verdiepingen in de toren bereikte men vanaf de stadswal. In de late 18de eeuw hadden de waltorens hun functie verloren en werden de meeste gesloopt.

Gelukkig is de Huybrechtstoren dat lot niet ondergaan, omdat het onderdeel werd van het artilleriemagazijn aan de paardenmarkt. In 1814 kreeg de waltoren een hele andere functie, namelijk: een pyrotechnisch laboratorium, waar ze experimenteerden met explosieven.

In 1904 kwam het gebouw leeg te staan, totdat in 1914 roeivereniging ‘De Delftsche Sport’ een vergunning kreeg om het om te bouwen tot clubhuis, ontworpen door kunstvervalser Han van Meegeren. Hierbij werd ook de toren gerestaureerd.

Doodlopende gang
Op dit moment is het een doodlopende gang en heeft het geen functie. De gang is alleen toegankelijk vanuit de roeivereniging. In 1991 heeft de vereniging een nieuwe tunnel aangelegd. Bij recente werkzaamheden zijn er scheuren in het tunneltje ontstaan. Omdat het een uniek restant is en onderdeel van de monumentale toren, is er een plan bedacht om de doorgang te ontzien.

De bovenkant van de tunnel moest worden vrij gegraven, zo konden de scheuren vanaf de buitenzijde gerepareerd worden. De tunnel werd dus niet verstoord, maar het bood wel een unieke kans om de constructie vast teleggen en te documenteren.

Uit historische gegevens is gebleken dat het tunneltje in 1821 ingestort en hersteld moest worden. Tijdens de opgraving onlangs bleek dat de tunnel uit twee delen bestaat: het stuk dichts tegen de waltoren aan lag dieper dan het meer westelijke deel van de tunnel. Het hoogteverschil is aan de binnenkant zichtbaar, waar niet alleen het plafondniveau verschilt, maar ook het vloerniveau. Hoogstwaarschijnlijk is door de herstelwerkzaamheden het hoogteverschil ontstaan.