De politieke avond: van snelfietspad tot parkeerproblematiek

Een van de dingen die leuk zijn aan lokale politiek is de schaal. Een voorbeeld? Nou, ‘onze’ wethouder Frank van Vliet was donderdagochtend in het Prinsenhof, waar de staatssecretaris een rapport kreeg over het geld dat nodig is om het erfgoed in Nederland in goede staat te houden. Benodigde som: Ruim 1,2 miljard euro per jaar. Diezelfde avond zat hij in de vergadering van de Delftse gemeenteraad, waar een van de belangrijkste onderwerpen een fietspad tussen Rotterdam Alexander en Delft was. Maar, zoals iets klein lijkt van veraf en groot van dichtbij, blijkt dit onderwerp toch echt immens voor onze lokale politici.

Voor wie zich afvraagt hoe hoog een discussie over een fietspad op kan lopen, is het goed om te weten dat er donderdagavond een motie van treurnis werd ingediend. Een van de indieners van deze motie was CDA raadslid Gerrit Jan Valk. Hij zei over deze keuze: “Ik heb geen zelfreflectie van wethouder Huijsmans gehoord. Het ligt allemaal aan het proces, aan archieven en aan de raad. Daarom dienen wij een motie van treurnis in over de gang van zaken.”

Geschiedenisles
Deze motie haalde het niet, want de coalitiepartijen stemden het met vereende krachten weg. Maar hoe heeft het zo ver kunnen komen? Dat bleek donderdagavond een lastige vraag. Zo lastig dat het debat van deze gemeenteraad op een gegeven moment leek op een discussie tussen historici. Zo zei ChristenUnie raadslid Mirte van Vlist dat de eerste aanzet voor de fietsroute tussen Delft en Rotterdam Alexander er al was in 2002. Hier was D66’er Brendan Analikwu het niet mee eens: “Wat mij betreft begint dit verhaal in 2009.” Ook PVDA-raadslid Mick van der Steeg deed een duit in het zakje. Hij zag in een beleidsdocument uit 2005 de oorsprong van de ‘metropolitane fietsroute’.

In al de aangehaalde beleidsdocumenten staat iets over de wens tot een fietsverbinding richting Rotterdam, of over de wens om meer ‘ecologische passages’ over de snelweg A13. Deze wensen komen samen in de metropolitane fietsroute, waar een fietsecoduct over de A13 een onderdeel van is. 

‘Versnipperde informatie’
Het plan voor deze fietsroute, de financiële consequenties ervan en wat voor gevolgen het heeft voor de natuur waren (en blijven voor een deel) onbekend aan de gemeenteraad. Daarom is de klacht van veel raadsleden dat de wethouders hen niet goed hebben geïnformeerd. Valk heeft het over ‘versnipperde en verstopte informatie’.

Wethouder Huijsmans reageert op deze klacht als een docent van de middelbare school die zegt dat de leerlingen hun huiswerk beter moeten doen. Ze zegt: “Het is ook aan de raad om goed dossiers bij te gaan houden over belangrijke onderwerpen.”

Ecologie
Met of zonder goed bijgehouden dossier, er zijn nog altijd verschillende zorgen over dit plan. Een hiervan is de gevolgen voor de natuur. De fietsroute, een vier meter brede asfaltstrook, loopt immers dwars door natuurgebied de Ackerdijkse plassen. Een van de belangrijkste groepen die zich verzet tegen de fietssnelweg is natuurgroep ‘Ackerdijk Puur Natuur'.

Verschillende raadsleden haalden in het debat argumenten en bezwaren van deze groep aan. Hierop reageerde wethouder Huijsmans vinnig: “We moeten hier vanuit het algemeen belang naar kijken. We moeten dat niet alleen af laten hangen van een groep bewoners die zich ‘natuurgroep Ackerdijk Puur Natuur’ noemt.” Op de publieke tribune zat echter ook een van de drijvende krachten achter deze groep, Jos Hogervorst. Tegen Omroep Delft zegt hij niet blij te zijn met deze ‘laatdunkende opmerking’. Maar: “Dit is typisch de politiek van Huijsmans, geen enkele zelfreflectie.”

Parkeernormen
De fietsroute was niet het enige onderwerp dat aan bod kwam in de raadzaal. Er werd ook gesproken over parkeernormen. En vrees niet, ook hierover was volop irritatie. De situatie is als volgt: er zijn parkeernormen die bepalen hoeveel parkeerplaatsen er moeten zijn in verhouding tot hoeveel huizen er zijn. Een voorbeeld: als er 0,2 parkeerplaatsen moeten zijn voor ieder huis, dan betekent dit dat er in een wijk met 100 huizen 20 parkeerplaatsen moeten zijn. In werkelijkheid is het ingewikkelder, omdat er verschillende normen zijn voor verschillende type huizen. Ook verschillen de normen per stadsdeel. Opvallend in de laatste wijziging van de normen is dat het college besloten heeft de norm als maximum te gebruiken, in plaats van als minimum.

De wethouders hebben wel de bevoegdheid de normen aan te passen, maar veel raadsleden vinden deze ingreep te ver gaan. Door deze norm als maximum te beschouwen, is het waarschijnlijk dat er minder parkeerplaatsen bij komen, waardoor het lastiger wordt de auto kwijt te kunnen. VVD’er Tessa van den Berg zegt: “Wij zijn tegen het wegjagen van de autobezitter als doel op zich.” 

Multiple choice
Iemand die ook niet blij is met de keuzes van de wethouders is Joost van der Sluis. Hij kwam daarom naar de vergadering met 4 moties. Ook bij hem leek het daarbij alsof hij een achtergrond als onderwijzer heeft. Deze moties waren namelijk als een ouderwetse meerkeuzevraag geformuleerd. Kort samengevat, waren opties A tot en met C manieren om het beleid van het college tegen te gaan. Optie D was een cynische beschrijving van het collegebeleid. Uiteindelijk werden alle vier de opties weggestemd. D66’er Brendan Analikwu gaf, evenals andere vertegenwoordigers van de coalitie, aan zich niet te kunnen vinden in de manier waarop Van der Sluis het beleid weergaf. Daarom koos hij: “de ontbrekende optie E, none of the above.”

Ondanks dat er nu geen aanpassingen komen aan het collegebesluit, was de raad het in zijn geheel eens over een principe: dit soort dingen zouden door de raad beslist moeten worden en niet door de wethouders. De VVD had daarom een motie voorbereid die als belangrijkste strekking had dat de raad hier voortaan over moet kunnen beslissen. Anderen wilden niet meegaan in deze motie, omdat er ook iets in stond dat ‘juridisch niet mogelijk’ zou zijn. 

Kaper op de kust
Plotseling kwam er een nieuwe motie met vrijwel dezelfde strekking. Waar de eerste voornamelijk verdedigd werd door oppositiepartij VVD, was GroenLinks raadslid Klaas Herrema degene die de nieuwe versie aankondigde. Deze motie leidde voornamelijk tot commotie. Er werd een korte pauze ingelast. Tegen Omroep Delft fulmineerde Hart voor Delft raadslid Marcel Koelewijn over ‘een politiek spelletje’. Daarbij sprak hij uit: “De coalitie kaapt nu gewoon een plan van de oppositie en doet alsof het van hen is.” STIP raadslid Julian Gommers zag dit anders: “Deze motie is pas heel laat naar de coalitiepartijen gestuurd. Wij hebben daardoor niet kunnen meedenken hierover en nu staat er iets in waar we niet achter staan.”

In dit pauzetje ging een groepje raadsleden in conclaaf. De uitkomst: de tekst van de motie van de VVD werd iets aangepast en nu kon iedereen er achter staan. De motie werd unaniem aangenomen en daarmee is het besluit genomen dat de raad voortaan mee moet praten over dit soort wijzigingen.