Regio Delft maakt bezwaar tegen ov-bezuinigingen: "Niet te rechtvaardigen"

De bezuiniging raakt direct het budget waarmee het bus-, tram- en metrovervoer tussen steden als Delft, Den Haag en Rotterdam op de rit wordt gehouden. Volgens de MRDH betekent de korting dat het ov-aanbod met wel twintig procent kan krimpen. Tegelijkertijd dreigen kaartjes fors duurder te worden. Delftse reizigers kunnen dat direct gaan merken; minder bussen en hogere prijzen voor mensen die afhankelijk zijn van ov dreigen.

In een gezamenlijke verklaring met Vervoerregio Amsterdam zegt de MRDH: “Het Rijksgeld is er voor de uitvoering van onze taken: het zorgen voor goed ov, zodat mensen komen waar ze moeten zijn. En die taken zijn niet veranderd.” Daarmee is de bezuiniging wat de vervoersregio’s betreft “niet te rechtvaardigen”.

“Het Rijk heeft de bezuiniging opgelegd zonder er tijdig over te praten met de vervoerregio’s en zonder compensatie of aanpassing van het takenpakket”, stellen de vervoerregio’s. Ze spreken daarbij dan ook van “onbehoorlijk bestuur”. Het ingediende bezwaar opent daarbij de deur om later over te gaan op “juridische vervolgstappen”.

De regio's stellen dat de korting voortkomt uit een administratieve fout van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Die fout werd al in 2022 gemaakt bij de verdeling van het geld uit de zogeheten Brede Doeluitkering (BDU). De MRDH zegt dat het Rijk erkent dat er een fout is gemaakt, maar er niets mee doet: “Met desastreuze gevolgen voor de ov-reizigers.”

Verantwoordelijk staatssecretaris Thierry Aartsen (VVD) erkent de zorgen, maar zegt tegen Rijnmond geen ruimte te zien om de korting terug te draaien zolang het kabinet demissionair is. Daarmee blijven de zorgen over het openbaar vervoer in en om Delft groot.