Forse prijsstijging koffie en thee in buurthuizen: ‘Vervelend, maar kan niet anders’

De prijsstijging komt omdat de inkoop duurder wordt, valt te lezen in een verklarende tekst die op de bar ligt van Buurthuis de Wending in het Westerkwartier. "Wij begrijpen dat het vervelend is" sluit de brief af.

Tijdens een gemeentevergadering op 16 september uitte een vrijwilliger van wijkcentrum Wippolder haar ongenoegen over de duurdere kopjes koffie. “Het staat haaks op de doelstelling van de gemeente om sociale contracten in buurthuizen te bevorderen", valt te lezen op de website van gemeente Delft.

“Ik snap dat het vervelend is", zegt Floris Dekker. Hij is de coördinator van het buurthuis en werkt voor Sportfondsen Welzijn Delft. “Aan de ene kant begrijp ik dat de mensen het niet leuk vinden dat de prijzen stijgen, aan de andere kant zie ik de kosten omhooggaan, dus het moet wel.”

“Elk kopje koffie kost ons van 55 tot 60 cent", zegt Dekker. “De rest van het geld gaat terug naar de buurthuizen in de vorm van bijvoorbeeld de jaarlijkse barbecue, vrijwilligersvergoedingen en kerstpakketten.”

Naast Dekker aan tafel zit vrijwilliger Mart. Hij stuurde al eerder een brief naar de krant Delft op Zondag. “Er zijn bezoekers die aan het eind van de maand met losse centen betalen, dan is een prijsstijging van 80 procent wel heel duur.” De vrijwilliger vreest dat de laagdrempeligheid van het buurthuis op deze manier verdwijnt.

Vooralsnog blijven de meeste bezoekers terugkomen. Er is namelijk genoeg te doen in De Wending: “Er zijn danslessen, taallessen in Italiaans, Grieks en Arabisch, en ook theater.” Dinsdagmiddag is van Mart: “Dan host ik de biljartmiddag.” Vanaf de tafel naast hem klinkt gelach: “En dat is niet gezellig hoor!”

Om de kosten toch nog te overzien, kunnen bezoekers een kan koffie halen, zegt Dekker. “Dat is 10 euro en daar haal je zo tien tot twaalf koppen uit.”

In een van de kamers van het buurthuis zit een viertal vrouwen te schilderen. Naast hen een kan koffie. “Dat was eerst 5 euro, en nu betalen we er het dubbele voor”, vertelt een van de vrouwen.

Volgens de deelnemers, die soms al dertig jaar naar de schildermiddag gaan, is het niet zeker of de schilderclub nog lang kan blijven bestaan: “De club wordt steeds kleiner, afgelopen zomer zijn er twee leden overleden.” Voor de rest betekent dat dat ze meer geld kwijt zijn aan hun wekelijkse samenkomst.

Volgens Dekker speelt de discussie over de prijsstijging in elk wijkcentrum: “Sommige bezoekers begrijpen dat we niet anders kunnen en anderen niet. Dat is normaal.” Toch blijft hij graag het gesprek aangaan: “Iedereen is natuurlijk vrij om te zeggen wat ze vinden.”