Delfland: In alle glastuinbouwgebieden te veel stikstof

De norm voor stikstof in oppervlaktewater ligt op 2 milligram stikstof per liter. In geen van de onderzochte gebieden bleef het stikstofniveau binnen deze grens. De Kralingerpolder, Polder van Nootdorp en Oud- en Nieuwe Broekpolder kwamen daarbij als slechtst scorende regio’s uit de bus.

Alleen de Vlietpolder en het Waalblok bleven met stikstofwaarden rond de norm enigszins binnen de perken.  

Ook bestrijdingsmiddelen in het water 
Naast stikstof, kampt het gebied ook met resten van bestrijdingsmiddelen in het water. Daarbij gaat het onder andere om middelen tegen insecten en schimmels, zoals AFINTO en Topaz 100 EC. Deze stoffen hebben schadelijke gevolgen voor het planten- en dierenleven in het gebied. Ze treffen namelijk ook insecten en organismen die bijdragen aan de natuur, zoals bijen, vlinders en wormen.

Op het gebied van bestrijdingsmiddelen zijn de glastuinbouwgebieden Dorppolder, Boschpolder en het Waalblok de grootste vervuilers. In deze gebieden is bij de helft van de metingen sprake van (zeer) hoge toxiciteit.   

Aan de andere kant scoren de Zuidpolder van Delfgauw en Nieuwland relatief goed, met weinig tot geen schadelijke stoffen in het water. In deze gebieden is er weinig intensieve akker- of glastuinbouw en meer ruimte voor recreatie en natuurbeheer. 

Strenger handhaven 
Het Hoogheemraadschap wijst op de verantwoordelijkheid van de glastuinbouwsector om bij te dragen aan een gezonde leefomgeving. Volgens Delfland ligt het grootste aandeel in het verbeteren van de waterkwaliteit bij de ondernemers zelf.   

Om verdere achteruitgang van de waterkwaliteit te voorkomen, kondigt Delfland aan strenger op te gaan treden tegen de lozingen.