Studentenverzet tegen Duitse bezetting begon 80 jaar geleden in Delft

Delft, 23-11-2020 – Het is vandaag - 23 november - precies 80 jaar geleden dat Delftse studenten zich in de hal en het trappenhuis van het faculteitsgebouw van Weg- en Waterbouwkunde aan het Oostplantsoen verzamelen. Zij zijn daar dan omdat bekend is geworden dat de Joodse docent Josephus Jitta is geschorst, net als de docenten David van Dantzig, Hein Waterman, Rebekka Biegel, Willem Cohen en Kurt Schulz. Allen geschorst omdat ze Jood zijn. De honderden studenten van de TH Delft (nu TU Delft) zijn die zaterdagmorgen gekomen om het laatste college van Jitta bij te wonen. Maar de docent is er niet. De voorzitter van studievereniging Practische Studie, Frans van Hasselt spreekt dan de studenten toe. Hij spreekt zijn ontzetting uit over het ontslag van de Joodse leraren.

Verzetsmonument in het plantsoen van de Nieuwe Plantage.
Fotograaf: Frans van Rijnswou


Deze actie van Delftse studenten is de eerste keer dat in Nederland openlijk wordt opgestaan tegen de anti-Joodse maatregelen. Zonder dat het nu echt georganiseerd wordt, komt bijna als vanzelf het idee van een massale staking op. De leiding van de TH Delft probeert de acties nog te voorkomen, maar na het weekend zit er op maandag 25 november slechts een gering aantal studenten in de collegebanken. Studenten roepen elkaar op om mee te doen. Een dag later doen de Leidse studenten dat al.

Duitsers zoeken de stakingsleiders
De Technische Hogeschool wordt gesloten en gaat pas in maart 1941 weer open. Bestuursleden van de drie grootste Delftse studentenverenigingen worden door de Sicherheitspolizei gevangen gezet in Scheveningen. De verhoren door de Duitsers leveren geen namen van stakingsleiders op. Daarop besluiten de bezetters om de studentenverenigingen te verbieden. De verenigingen gaan dan, net als het verzet ondergrond.

Drie Joodse hoogleraren overleven de oorlog. De drie andere docenten worden vermoord. Student Frans van Hasselt wordt in 1941 opgepakt en overlijdt in Buchenwald.