Delftse infoavond Oekraïense vluchtelingen drukker bezocht dan verwacht

De opkomst op de informatieavond is donderdagavond hoger dan verwacht. Tientallen mensen verzamelen zich iets voor half acht in de hal van het Delftse stadskantoor. De onverwachte drukte van ruim zestig aanmeldingen resulteert in een gebrek aan stoeltjes in de zaal. Dat hield aanwezigen echter niet tegen om, al leunend tegen de muren luisterend naar de verantwoordelijk wethouder Lennart Harpe (VVD) en de Delftse Oekraïne-coördinator, vragen te stellen en duidelijkheid te eisen.

Wethouder Harpe laat weten de gehele situatie “onwerkelijk” te vinden. “Als u mij twee maanden geleden had verteld dat wij nu Oekraïense vluchtelingen in Delft zouden opvangen, zou ik u nooit hebben geloofd.” Hij vervolgt door correct te analyseren dat het “moeilijke en verwarrende” tijden zijn en uit zijn wens dat de oorlog snel voorbij zal zijn. Met de hulp vanuit de gemeente, tezamen met de scholen, vrijwilligers en Delftenaren, hoopt hij enigszins de “pijn te kunnen verzachten”.

Na enkele korte algemeenheden is er voor de aanwezigen gelegenheid om per thema specifieke vragen te stellen. Elk thema heeft zijn eigen tafel waar deskundigen en experts met tolken klaarstaan om de vele vragen te kunnen beantwoorden. Zo staat er een schooldirectrice bij de onderwijstafel en een gemeentemedewerker bij de registratietafel.

De woordvoerder laat weten positief verrast te zijn over de hoge opkomst. Het is voor hen erg lastig om een goed beeld te creëren hoeveel particulieren vluchtelingen in huis hebben. De gemeente schat dat er ongeveer 40 adressen zijn waar Oekraïners door Delftenaren worden opgevangen. Echter valt het daadwerkelijke aantal adressen waarschijnlijk hoger uit, gezien de grote hoeveelheid aanmeldingen voor de bijeenkomst.

De meeste vragen gaan over leefgeld en of huishoudens die mensen opnemen ook een onkostenvergoeding krijgen. Staatssecretaris Eric van der Burg (VVD) voor asiel zei midden maart tegen RTL Nieuws nog dat huishoudens wel geld zouden krijgen, maar diezelfde dag moest het ministerie toegeven dat dit niet klopt. Mensen ontvangen dus geen vergoeding als zij onderdak bieden aan Oekraïense vluchtelingen. De vluchtelingen krijgen wel elke week leefgeld.

Ook zijn er vragen over het onderwijs voor kinderen en hoe vluchtelingen zich moeten registreren bij de gemeente. Daartegenover zijn er geen vragen gesteld over bijvoorbeeld corona en langdurige zorg. De GGD kon al zijn coronaflyers weer terug mee naar huis nemen. Vragen over werkgelegenheid voor Oekraïners moeten deze avond onbeantwoord blijven; de organisatie Werkse die hier de antwoorden op heeft, kon er niet bij zijn.

Vanuit het Rijk hebben de veiligheidsregio’s zoals Haaglanden, waar Delft onderdeel van is, de opdracht gekregen om circa tweeduizend vluchtelingen op te nemen. Gevluchte Oekraïners zonder onderdak kunnen zich voor gemeentelijke opvang melden bij de Broodfabriek in Rijswijk. Vanuit hier vindt de regionale coördinatie plaats en worden zij onderverdeeld over de gemeenten. Delft dient minstens 184 mensen te kunnen opvangen. Daarnaast zijn er medewerkers van de GGD en de gemeente en een arts aanwezig die passende hulp kunnen verlenen.

In de recente update laat wethouder Harpe aan de raad weten dat er inmiddels 126 vluchtelingen via de gemeente onderdak hebben gekregen. Vluchtelingen die nog in vakantieparken en hotels zitten worden de komende dagen verplaatst naar een plek waar zij voor minstens zes maanden kunnen wonen. Voor hotels en vakantieparken begint bijna het seizoen met als startschot het Paasweekend, zij zitten volledig volgeboekt.

Uit het Hampshire hotel zijn deze week de laatste vluchtelingen vertrokken naar een Haags Vestia-pand. Degenen in het Campanile zullen verhuizen naar Abstwoude Bloeit, een voormalig verzorgingshuis. De meeste vluchtelingen verblijven verder op de locaties Pauwmolen, woonzorgcentrum Stefanna en ook woningcorporatie Vestia zal zes wisselwoningen vrijmaken.

De wethouder laat de raad weten dat er momenteel ook wordt gekeken naar leegstaande kantoorpanden die na een verbouwing door vluchtelingen in gebruik genomen kan worden. Echter zal dit meer tijd kosten in verband met de vergunningsprocedure en het gebrek aan geld, wat in Delft bij vrijwel elk besluit als een donkere wolk boven het hoofd hangt.