Bever duikt op in Schipluiden: ‘Echt bizar!’
Opeens zwom er een bever door een sloot langs de Dorpsstraat van Schipluiden. Het knaagdier was in Nederland uitgestorven, maar is sinds enkele jaren weer aan een opmars bezig. Natuurliefhebbers knijpen in hun handen, anderen vinden het tijd om maatregelen te nemen.
‘Uitzonderlijk’, noemt Delftse stadsecoloog Diny Tubbing het dat er in deze regio een bever is gespot. Het dier is vermoedelijk een volwassen mannetje van rond de dertig kilo en een meter lang.
“Er scheerden fietsers voorbij, maar hij leek nergens last van te hebben”, verbaast Tubbing zich, “Echt bizar.” De stadsecoloog noemt het daarom bijzonder dat het beest opeens midden in de bebouwde omgeving opdook. Normaal is de soort vooral in bosachtige omgevingen te vinden.
Uitgestorven
Bijna tweehonderd jaar geleden stierf de Europese bever in Nederland uit. Om het dier weer terug te brengen werden in de jaren negentig van de vorige eeuw in het oosten en het zuiden van het land bevers losgelaten in de natuur. De soort doet het bijzonder goed in Nederland. In Limburg is de populatie inmiddels zo toegenomen dat dit plaatselijk tot problemen leidt.
Daar graven bevers bijvoorbeeld holen in dijken en oevers. Dit levert behoorlijke schade op en kan zelfs een bedreiging vormen voor de veiligheid, want een dijk met holen erin breekt eerder door. In Limburg zijn tussen oktober 2023 en mei 2024 in totaal 170 bevers afgeschoten om het probleem in te dammen.
Maatregelen nodig?
Ondertussen verplaatst de bever zich ook steeds meer naar deze regio. Zo wonen er al bevers in het Bieslandsebos, ten oosten van Delft. Hans Middendorp, fractievoorzitter van waterschapspartij AWP, vindt het daarom tijd dat er nagedacht wordt over hoe we omgaan met de graafgrage knager.
In 2020 al, toen er voor het eerst na tweehonderd jaar afwezigheid weer een bever gespot werd in de Delftse Schie, zei Middendorp tegen het AD dat er snel een beverprotocol moest komen.
Vijf jaar later is zo’n protocol er nog altijd niet. “Het was toen nog niet urgent, want het ging nog maar om een enkele waarneming”, verklaart Middendorp. Toch pleit hij nu nog steeds voor een beverprotocol om te bepalen waar bevers kunnen leven en waar en hoe ze worden verjaagd. Hij wijst erop dat er in andere provincies problemen zijn: “We willen niet dat we straks bevers moeten afschieten.”
Geen vaste bewoning
Wat stadsecoloog Tubbing betreft, is het nog niet zover dat de bever in deze regio overlast veroorzaakt. De bever die recent in Schipluiden is gespot, heeft volgens haar geen vaste verblijfplaats daar. Zolang dat het geval is, verwacht ze geen directe problemen: pas wanneer bevers zich daadwerkelijk ergens vestigen, beginnen ze met het graven van holen, wat mogelijk schade kan veroorzaken.
Wat Middendorp betreft is het echter een kwestie van tijd voordat een beverfamilie een hol gaat starten in de regio. “Als het zover is, dan moet het waterschap wel weten hoe te handelen. Afschieten is de laatste optie, maar bevers laten zich niet gemakkelijk wegjagen. En waar moeten ze heen? Dat zijn wel dingen waar je vooraf duidelijkheid moet hebben.”
