Twee miljoen nodig om theater De Veste tot 2040 in gebruik te houden

Een nieuw stadstheater neerzetten is de gemeente voorlopig te duur, maar het gaat ook een smak geld kosten het huidige pand in stand te houden. Naar schatting twee miljoen euro is nodig om het theater tot 2040 in gebruik te houden. De Veste-directeur Marijtje Pronk ziet liever dat er op kortere termijn een nieuw theater komt: “Nu worden er pleisters geplakt.”

De Veste | Foto: Willem de Bie
 
De gemeenteraad dicussieert al lang over de toekomst van theater De Veste. In december 2024 lag er een voorstel klaar om toe te werken naar een nieuw pand. Dit zou naar schatting tot 85 miljoen euro kunnen kosten.  

 

De meerderheid van de Delftse gemeenteraad wilde zich hier niet op vastpinnen en schoof de beslissing voor zich uit. Na 2028 gaat er pas weer verkend worden wat er (financieel) mogelijk is. In een recent geformuleerde ‘financiële strategie’ stelt Burgemeester & Wethouders (B&W) daarbij toe te willen werken naar een nieuw gebouw per 2040.  

 

Snelkookpan 
Intussen blijft het ‘oude’ pand (1994) dus in gebruik, maar deze heeft zijn gebreken. “Het is in de zaal net een snelkookpan”, zegt Pronk. Ze legt uit dat er een hitteprobleem is in het gebouw, dat jaarlijks tienduizenden bezoekers trekt. Daarnaast is er ‘een uitdaging’ wat betreft toegankelijkheid, want een lift is er niet en kan er ook niet komen, volgens Pronk.  

 

B&W wil de problemen ondervangen met een pakket van investeringen ter waarde van twee miljoen euro. Het gaat volgens de gemeente om “gerichte investeringen”, die de problemen die Pronk beschrijft, moeten verhelpen.  

 

Beperkte oplossingen 
De theaterdirecteur voorziet echter dat de reddingsmiddelen van de gemeente onvoldoende zullen blijken. Ze spreekt van “slechts beperkte oplossingen”. Daarmee rijst de vraag of twee miljoen genoeg zal zijn om het pand nog 15 jaar mee te laten gaan.  

 

Pronk predikt daarmee geen haast: “Het is belangrijk iets neer te zetten waar we samen met de stad goed over nadenken”. Ze wijst erop dat het belangrijk is bij zo’n grote investering om achteraf niet met een resultaat te zitten waar je niet blij mee bent. 

 

Uitzingen 
In het verleden is dit wel gebeurd. In 1994 werd het huidige theater opgeleverd. Het is voor relatief weinig geld gebouwd, onder andere door middel van prefab. Resultaat van de goedkope aanpak is dat er nu, 30 jaar na oplevering, moet worden nagedacht over een nieuw gebouw. Ook in de gemeenteraad wordt nu regelmatig gewaarschuwd: goedkoop is uiteindelijk duurkoop. Daarmee moet de gemeente de komende jaren op zoek naar de miljoenen die nodig zijn voor een nieuw theater. 

 

Dat kan even duren. “We zullen het de komende jaren zo goed en zo kwaad als het gaat uit moeten zingen”, ziet Pronk. Ze zou daarentegen liever zien dat het niet tot 2040 hoeft te duren tot er een nieuw theater staat.