Nationale Bijentelling bijna afgelopen, dit houdt het in

De Nationale Bijentelling 2024 is woensdag afgelopen. Van 15 tot en met 24 april kon men bijen tellen op het balkon, in de tuin of bij een groenstrookje. Bijzonder wel, want in een stad als Delft komen meer van de beestjes voor dan op het platteland. Dat komt door de hoeveelheid en verscheidenheid aan bloemen.
Bij op een paarse bloem | © Unsplash

Het tellen van de bijen is belangrijk om de wilde bijenpopulatie in de gaten te houden. Al zullen er volgens imker Leo van Gelderen “ongetwijfeld ook gehouden bijen meegeteld worden, omdat niet iedereen het verschil weet tussen wilde bijen en honingbijen.”

Er zijn zo’n 360 verschillende bijensoorten in Nederland. Veruit de meest voorkomende bij is de honingbij. Deze wordt vaak gehouden door imkers. Al is het volgens Van Gelderen voor imkers niet per se te doen om de honing: “Het zorgen voor en onderhouden van zo’n bijenvolk is al interessant genoeg.”

Belang telling
Bijen zijn er voor meer dan alleen het produceren van honing. Van Gelderen vertelt dat vooral wilde bijen erg belangrijk zijn voor bestuiving. Ook vanwege het gedrag van de bijen zelf. “Solitaire (wilde, red.) bijen zijn heel vaak op één bloemsoort gericht waar ze van moeten leven. Hun voedselbron is dus beperkt. Dat in tegenstelling tot gehouden honingbijen, die zijn veel algemener in hun voedselvindplaatsen.”

Mede door landbouw komen er in het wild in buitengebieden minder bijen voor. Daarom is het in de gaten houden van de bijenstand erg belangrijk. Met de gehouden bijen gaat het volgens Van Gelderen echter wel heel goed. Dit komt voor een groot deel doordat het ‘generalisten’ zijn.


Luister hier naar het volledige interview.