Misschien werkte jouw vader of opa er nog? Deze machinefabriek was ooit een groot bedrijf

Je zou het nu niet meer zeggen, maar ooit was Delft een echte industriestad. Diverse fabrieken zorgden voor veel werkgelegenheid in de stad. Uiteraard was er de Gistfabriek. Maar ook Calvé, de Kabelfabriek, de Lijm- en Gelatinefabriek en de Optische Industrie. In dat rijtje past zeker ook Machinefabriek Reineveld, die tot 1973 aan de Haagweg zat.

Het complex van Reineveld rond 1940 | Foto: Collectie Stadsarchief Delft
De fabriek dankt zijn naam aan een klein landgoed, dat ooit te vinden is op de plek waar het bedrijf zich later zou gaan vestigen. Deze Buitenplaats Reineveld is tot 1890 een stille groene plek aan het water met onder meer een horecagelegenheid, waar de hogere klasse bij elkaar komt om te netwerken en zaken te doen.

 

Er komt een abrupt einde aan de eeuwenoude geschiedenis van het idyllische landgoed, als het wordt gekocht door de Delftse ondernemers Everard Vreede en Anton van Rinsum. Zij staan aan het hoofd van een goedlopende machinefabriek met ijzergieterij, waarvan de voorloper al was opgericht in 1840.
Het terrein voor de bouw van de fabriek | Foto: Collectie Stadsarchief Delft
Er wordt een groot nieuw complex neergezet aan de Haagweg. Als Van Rinsum onverwacht overlijdt, wordt ingenieur Rooker de nieuwe eigenaar. Hij maakt van het bedrijf een nv en bedenkt de naam die veel Delftenaren nog zullen kennen: Machinefabriek Reineveld.

 

Java-pomp
De fabriek maakt in eerste instantie vooral pompwerktuigen. Zo wordt rond 1900 een stoompomp ontwikkeld voor de suikerindustrie in Nederlands-Indië; de zogeheten Java-pomp. Dit gebeurt in nauwe samenwerking met mensen van de Polytechnische School; een voorloper van de TU Delft.

 

Een ander populair product is een machine om kolen te drogen, die vooral veel aan de Verenigde Staten wordt verkocht. Het apparaat krijgt van de Amerikanen de bijnaam 'Drying Dutchman'.
Medewerker Toon de Haan in de fabriek | Foto: Collectie Stadsarchief Delft
Het meest succesvolle product van Reineveld zijn de wasserijmachines. Vanaf 1899 gaat de fabriek zich steeds meer in deze machines specialiseren.

 

In 1902 brengt het Delftse bedrijf een stoommangel op de markt: een apparaat waarmee bijvoorbeeld lakens kunnen worden gedroogd en gestreken. In 1909 volgt een centrifuge.

 

Een enorm bedrijf
Vanaf dat moment groeit de fabriek als kool. Op het hoogtepunt in 1953 zijn er vijfhonderd mensen in dienst. Dat zijn niet alleen fabrieksarbeiders. Reineveld heeft ook een tekenkamer, waar de machines worden ontwerpen door ingenieurs. Bovendien is er een eigen opleidingsinstituut, een laboratorium en een tweede vestiging in Brussel.

 

In 1920 opent Reineveld een verkoopkantoor aan de Stationsweg in Den Haag. Het gebouw krijgt een showroom, waar klanten de producten kunnen bekijken en waar demonstraties plaatsvinden. Een groot verkoopsucces in die tijd is de Speedmaster, een wasmachine voor bedrijven.
Medewerkers in 1950 | Foto: Collectie Stadsarchief Delft
Het jaar 1969 is het begin van het einde. In dat jaar volgt een ontslaggolf. Negentig medewerkers van Reineveld komen op straat te staan.

 

Drie jaar later wordt surseance van betaling aangevraagd en raken alle 350 medewerkers hun baan kwijt. In 1973 volgt het faillissement. Daarmee komt er na meer dan honderd jaar een einde aan een stuk Delftse industrie.

 

Niet lang daarna wordt het hele fabrieksgebouw afgebroken en komt er in 1978 een nieuw gebouw van de Delftse Lerarenopleiding te staan. Tegenwoordig zit ROC Mondriaan op het terrein in alweer een nieuw gebouw, met een ingang aan de Brasserskade.

 

Progress
Enkele oud-medewerkers van Reineveld verschijnen in 1975 op televisie in de actualiteitenrubriek Brandpunt. Zij hebben een nieuw bedrijf opgericht onder de naam 'Progress' en zijn van plan om door te gaan met het maken van wasserijmachines. Ze willen het gat opvullen dat Reineveld heeft achtergelaten.

 

De bedrijfsvorm is opmerkelijk: alle medewerkers kopen aandelen. De arbeiders zijn hierdoor zelf de eigenaar van de fabriek. Of dit initiatief een succes is geworden is niet bekend: in archieven hebben we er vooralsnog niets over kunnen terugvinden.

 

Dit is een artikel van onze mediapartner Omroep West.