Jaar oorlog in Oekraïne, hoe zijn vluchtelingen eronder? 'We willen terug'

Het is deze vrijdag precies een jaar geleden dat Russische tanks Oekraïne binnenrolden en de oorlog een feit was. Miljoenen mensen sloegen op de vlucht. Een aantal Oekraïners is na een lange reis in onze regio opgevangen. Hoe vergaat het deze oorlogsvluchtelingen nu en wat zijn hun verwachtingen? Samen met Omroep West en andere lokale omroep in de regio gingen wij in gesprek met Oekraïners.

Vita in Delft

Vita woont nu al bijna een jaar in Delft samen met haar man en 10-jarige zoon. Kort na het uitbreken van de oorlog vertrok ze uit de Oekraïense hoofdstad Kiev. Het was een moeilijk besluit om te vertrekken voor het gezin, maar ze werden daartoe gedwongen door bombardementen. ‘Je weet ook niet wat je kunt verwachten in Nederland. Maar ik wil de Nederlanders bedanken voor jullie support, dat was heel belangrijk', zegt ze geëmotioneerd.

Vita Bondarchuk © Omroep Delft

Ze leert nu al elf maanden Nederlands en spreekt het inmiddels redelijk goed. Daardoor hoopt ze nu een baan te kunnen vinden, want dat is tot nu toe nog niet gelukt. 'Als je geen Nederlands spreekt heb je niet zoveel mogelijkheden voor werk. Ik ben nu veel met mijn zoon bezig, maar ik zou graag werk krijgen gerelateerd aan kinderen of administratief werk.'
Nataliia in Schoonhoven

Nataliia (30) is acht maanden geleden naar Nederland gevlucht vanuit Lviv in het westen van het land. Met haar twee kinderen woont zij in Schoonhoven, waar ze ook werkt in een uitvaartcentrum. 'Ik ben daar de gastvrouw. Ik ontvang de mensen, breng koffie en thee langs en op aanvraag bereiden we ook lunches voor.'
Nataliia is blij met deze baan en dankbaar voor de kans die ze heeft gekregen.

Nataliia © RTV Krimpenerwaard

Naast haar baan volgt ze veel taallessen en dat zorgt ervoor dat ze al een aardig woordje Nederlands spreekt. 'Ik vind het fijn te communiceren met andere mensen, ik wil heel graag de taal en cultuur leren.'
Nataliia vertelt dat ze in Nederland wil blijven. 'Ik heb een baan hier, leer de taal en in Oekraïne is veel onzekerheid. In Nederland kan ik mijn kinderen meer stabiliteit geven en ik wil een goede toekomst voor hen. Ze kunnen hier een goede en gelukkige jeugd hebben in een rustige omgeving. Ik wil ook dat ze elke dag de mogelijkheid hebben om naar school te gaan en dat is in Oekraïne ook onzeker.'

Oleh en Larysa in Gouda

'Weg van de stress en de chaos.' Dat wilde de familie Kostromin vorig jaar bij hun vlucht per auto uit het door bommen geteisterde Krivoy Rog, de geboorteplaats van president Zelensky. Via overvolle opvangplaatsen in Slowakije en Praag kwamen ze dankzij vrijwilligers uiteindelijk naar Gouda. Zes maanden dachten ze te blijven. Nu vieren ze hun dertigste trouwdag in september in hun huisje aan de Reeuwijkse plassen.

Larysa Kostromin © Gouwestad FM

'Zeg vooral hoe dankbaar we de Gouwenaars zijn', herhaalt vader Oleh keer op keer. Hij werkt inmiddels als conciërge op de Blokker-locatie, waar Gouda ruim tweehonderd Oekraïners opvangt. 'Ik ben blij dat ik mijn landgenoten kan helpen, ik weet hoe het leven hier is', zegt hij. Larysa schikt zich in een huisvrouwenbestaan.

Oleh Kostromin © Gouwestad FM

Bij gebrek aan Oekraïense tolken die Nederlands spreken, leert de familie vooral Engels. 'We proberen manieren te vinden om het toch leuk te hebben.'
Svetlana in Leiden

Svetlana vluchtte een half jaar geleden met haar man en twee kinderen naar Nederland. Terwijl haar dochter van acht en zoon van elf een speciaal schoolprogramma in Leiden volgen, geeft ze zelf online les aan kinderen over de hele wereld. 'Ik ben onderwijzeres en ik geef afstandsonderwijs in alle vakken aan 24 Oekraïense scholieren. De meesten wonen in Oekraïne, maar enkele kinderen die ik les geef, wonen in andere landen. Er zitten er twee in Duitsland, twee in Polen, eentje in Litouwen en eentje in Israël.'

Svetlana © Sleutelstad

De moeder van twee kinderen is moe van de oorlog. 'We willen ondanks de goede opvang in Leiden graag terug naar onze woonplaats, Mikolajiv.' Maar dat zit er voorlopig nog niet in. Mikolajiv ligt in een gevaarlijke regio, met de door de Russen bestookte stad Cherson in de buurt en ook vlakbij de door de Russen bezette Krim. 'Maar als Mikolajiv wordt bevrijd, dan gaan wij terug naar Oekraïne.'
Roman (37) in Monster

Roman Rubchuk is een 37-jarige Oekraïense man uit het westelijk gelegen Lutsk. Hij woonde daar met zijn vrouw, twee zoons van anderhalf en acht jaar oud en een dochter van veertien. Toen de oorlog uitbrak, had hij niet verwacht dat hij zo snel zou moeten vluchten. De stad ligt namelijk heel dicht bij de Poolse grens.

Maar twee en een halve week later kwam ook voor hen de oorlog te dichtbij. Na het opstaan waste hij zijn handen en gezicht in de badkamer. 'Toen hoorde ik opeens het geluid van een raket of vliegtuig vlak boven mijn huis, ik wist niet precies wat het was. Niet snel daarna hoorde ik dat er een raket was ingeslagen, een paar honderd meter verderop', vertelt Roman. In het uur erna volgen er nog zeven raketaanvallen in zijn stad. Mijn kinderen moesten veel huilen en we besloten onze spullen te pakken en richting Warschau (Polen) te gaan.' Roman vertelt dat het 'heel verdrietig' was.

Roman Rubchu © WOS

Na even in Polen gezeten te hebben, zijn ze op 22 maart 2022 in Nederland aangekomen. Eerst sliepen ze bij vrienden in Den Haag. Uiteindelijk hebben ze een plek gekregen bij de vluchtelingenopvang voor Oekraïners in Monster. Al snel wilde Roman weer aan het werk. 'Ik kon hier niet zitten en niks doen, ik wilde geld verdienen', lacht hij. Zijn eerste baantje kwam al snel: dozen met tomaten inpakken in een kas. 'Mijn eerste salaris was goed, maar ik vond het werk niet leuk. Ik voelde me een robot. Daarom vroeg ik de hotelmanager of ik iets anders kon doen.'
Uiteindelijk kreeg Roman de baan die hij nu heeft: chauffeur voor het Fletcher Carlton Hotel in Naaldwijk, waar nu vluchtelingen worden opgevangen. Roman vindt het fijn dat hij voor nu in Nederland kan wonen. 'De mensen zijn erg open en lief, het land is leuk en ik hou ervan dat ik zo dicht bij het strand woon', vertelt Roman. Maar hij wil ook erg graag terug naar Oekraïne. 'Ik mis mijn land, ik mis mijn opa en oma en ik hoop dat de oorlog deze zomer stopt en dat wij terug naar huis kunnen.'