Delftse horeca snakt naar uitbreiding terrassen, maar gemeente gaat er niet in mee: ‘Het leed is keihard’


Voor de meeste mensen lijkt de coronaperiode alweer iets uit de geschiedenis, maar de horecasector heeft nog dagelijks last de gevolgen ervan. Vijf Delftse horecaondernemers stuurden afgelopen maand een brandbrief naar het stadsbestuur met daarin de oproep haast te maken met een nieuw terrassenbeleid. Om niet om te vallen en om de misgelopen omzet enigszins in te halen, zien zij meer ruimte voor terrassen en terrasboten als een goede oplossing. Maar het college is bang niet meer op die manier te kunnen helpen; het is te krap in Delft.

Afgelopen donderdag werd de brandbrief op de politieke agenda gezet en het onderwerp maakte vele tongen los. De gemeenteraad had ook al diverse burgerbrieven ontvangen waarin de noodklok werd geluid. Allen riepen het stadsbestuur op om zo snel mogelijk de verruiming van de terrassen en meer maatwerk te handhaven, totdat er een nieuw beleid is gemaakt. Vier restauranthouders en horecaondernemers maakten zichtbaar aangedaan gebruik van hun inspreektijd en maakten duidelijk hoezeer ze nog last hebben van de coronacrisis.

‘’Het leed is keihard’’, zegt Giancarlo Idili van restaurant San Marco aan de Brabantse Turfmarkt. ‘’De horeca bloedt leeg. Als wij nu elke dag vol zitten lijkt het wel alsof het weer goed gaat, maar we hebben alsnog een groot financieel gat te overbruggen. De enige manier om dat te doen, is met vierkante meters.’’ Hij benadrukt dat ze samen niet om geld vragen, maar om ruimte.

Anderhalvemetermaatregel
De roep van de horecaondernemers vond gehoor bij meerdere partijen, zoals STIP, D66 en de SP, die ook dachten dat er wel plekken zijn waar je creatief kan zijn en uitbreiden zonder dat toeristen of omwonenden er last van hebben. Maar het college is duidelijk in haar beantwoording: uitbreiden kan niet. Burgemeester Marja van Bijsterveldt schreef eerder al dat de tijdelijke verruiming een tegemoetkoming was aan de horeca in een tijd dat de anderhalvemetermaatregel gold. Daardoor kon juridisch worden afgeweken van het vastgestelde beleid, maar nu die regel is opgeheven, is dat niet meer mogelijk.

De burgemeester erkent de problemen van de horeca wel en laat weten dat het college er alles aan heeft gedaan om mee te denken. ‘’We hebben grondig gekeken naar hoe we toch iets kunnen beteken voor de ondernemers. Het kent ook zijn grenzen, dat is de eerlijkheid. We hebben een heel drukbezette stad met veel horeca; na Amsterdam hebben wij hier de grootste horecadichtheid. Maar ruimte van de stad is schaars en daarom moeten we goed kijken naar wanneer het wel of niet kan. Als lokale overheid moeten we altijd een zorgvuldige afweging maken tussen de belangen van ondernemers, inwoners, belangenverenigingen en medeoverheden. De veiligheid moet gewaarborgd blijven, er moet gelopen en gefietst kunnen worden en de ambulance en brandweer moeten erlangs kunnen. Dus mijn oproep aan de raad is om het hierbij te houden. We hebben het echt goed uitgezocht.’’

Op de opmerking van D66-raadslid Heera Dijk of dit dan betekent dat een aantal zaken dan misschien echt gaan omvallen, gaf de burgemeester aan dat dit nu eenmaal de werkelijkheid is. ‘’Het is ontzettend zuur’’, laat Van Bijsterveldt weten. ‘’Daarom hebben we ook alles uit de kast gehaald om te kijken of we het wel kunnen doen, maar we lopen vast. Ik ben daar gewoon eerlijk in. Dit is simpelweg een heel pittig dilemma.’’

Maatwerk via hardheidsclausule
Op de vraag van zowel de insprekers als meerdere fracties om meer maatwerk toe te passen, laat de burgemeester weten dat dit al wordt toegepast via de hardheidsclausule. Die clausule is er om individuele gevallen waarbij bijzondere omstandigheden spelen, toch de mogelijkheid geven om het terras wel uit te breiden. In twee gevallen is inmiddels besloten om een (deel) van de aanvraag goed te keuren. Het college schreef daar eerder over: ‘’Er is in deze gevallen geen sprake van gevaar voor de verkeersveiligheid en de toegankelijkheid voor omwonenden is gewaarborgd. Door omwonenden is aangegeven dat het aangepaste terras als verbetering wordt gezien.’’

Zorgvuldigheid
Er zijn echter drie belangenverenigingen in de binnenstad die juist niet achter de terrasuitbreiding staan. In een gezamenlijke brief die zij met de Commissie Behoud Stadsschoon naar de gemeenteraad schreven, laten ze zich kritisch uit over meer maatwerk. Over de twee uitzonderingen via de hardheidsclausule schrijven ze: ‘’De clausule wordt nu ten onrechte gebruikt om via een achterdeur de terraszonekaart te wijzigen als een recent gevestigde ondernemer een terras wil of een groter terras wil dan zijn voorganger. Dit gaat ten koste van een zorgvuldige en integrale belangenafweging.’’

De terraszonekaart waar de bewonersverenigingen het over hebben, is gemaakt in 2013. Toen werd na een lange periode van toenemende klachten over wildgroei van terrassen (en terrasboten) in met name de binnenstad, een terrassenbeleid ontwikkeld. Dit was een zorgvuldig proces in samenspraak met verschillende belanghebbenden. Een nieuwe terraszonekaart gaf vanaf dat moment aan waar terrassen mogelijk zijn en aan welke voorwaarden daarbij voldaan moet worden. In de ‘coronazomers’ van 2020 en 2021 is van de regels afgeweken om horeca meer armslag te geven en mocht dus op een aantal plekken buiten die kaart een terras worden uitgebreid of aangelegd. Dit tijdelijke beleid is op 1 november 2021 geëindigd. De burgemeester gaf toen aan bereid te zijn te kijken naar een moment voor het (opnieuw) optimaliseren van het terrassenbeleid, en te kijken of sommige plekken nog kloppen. Hiervoor zou pas eind 2023 weer ruimte voor zijn.

Nieuw beleid
De bewonersverenigingen staan ook best open voor aanpassingen in het terrassenbeleid, maar willen dat dit weer via een zorgvuldige procedure gebeurt, waarbij alle belanghebbenden betrokken worden.

Dit nieuwe participatiebeleid werd ook door de meeste fracties aangehaald als oplossing. Dijk (D66) vroeg zich daarbij af of het huidige beleid niet eerder dan in 2023 kan worden geëvalueerd. De burgemeester antwoordde daarop dat dat niet zomaar gaat vanwege de beperkte ambtelijke capaciteit, de al genoemde drukte in o.a. de binnenstad en de tijd die het zorgvuldige overleg met alle partijen nodig heeft.

Win-win situatie
De horecaondernemers komen voorlopig dus nog niet heel veel verder met hun noodoproep. Steven Aland van restaurant Angkor doet tijdens zijn inspreekmoment dan ook de hartenkreet: ‘’Probeer nou redenen te vinden om ‘ja’ te zeggen tegen de uitbreiding, in plaats van redenen om ‘nee’ te zeggen. Draai het om. Natuurlijk zullen er plaatsen zijn waar het om technische redenen niet kan, maar hou niet vast aan een tien jaar oud beleidsplan wat nu niet meer past bij de huidige horeca situatie.’’

Volgens de ondernemers zijn de tijdelijke ontheffingen die de gemeente rondom de lockdowns heeft uitgegeven, door de ondernemers, bewoners en toeristen in de stad omarmd en heeft het niet geleid tot overlast. ''We durven zelfs te stellen dat door de extra terrassen en terrasboten de stad nog aantrekkelijker is gemaakt voor bewoners en toeristen. Daarom zien wij het nu toepassen van een aangepast terrassenbeleid een win-win situatie voor zowel ondernemers, bewoners, toeristen en daarmee dus ook voor gemeente Delft'', zo schrijven ze in hun brandbrief.

Belasting kwijtschelden
Naast de dilemma’s rondom verruiming van de terrassen en het maatwerk, kan er ook nog worden gekeken naar alternatieven. Zo betoogde STIP: ‘’Als er écht gebrek is aan ruimte voor terrassen, laten we dan breder kijken hoe we de horeca steuntje in de rug kunnen bieden, bijvoorbeeld door het kwijtschelden van leges en belastingen of door het toestaan van extra evenementen.

Na de raadsavond blijft de vraag hangen wat nu concreet de zorgen en knelpunten zijn van de bewonersorganisaties en wat er mogelijk is aan oplossingen. STIP, VVD, Onafhankelijk Delft, PvdA, Hart voor Delft en GroenLinks nemen het mee terug naar hun fractie en denken na over moties. Op 2 juni wordt er verder over het onderwerp gesproken.