Delft heeft er met Luilak 2024 een ‘ingewikkeld vraagstuk’ bij

De daverende, grommende en knallende viering van ‘Luilak’, afgelopen zaterdag in Delft, heeft geleid tot grote verdeeldheid onder de bevolking. In een stroom reacties op internet, zoals op YouTube en via de Reddit-site, werd en wordt fel gediscussieerd over de vraag of dit ‘moét kunnen, deze eeuwenoude traditie’ of dat het ‘van de gekke’ is om nietsvermoedende – onder wie nieuwe – inwoners in alle vroegte uit de slaap te halen met zo’n dit keer ongekend overdonderende uitvoering.

ter illustratie
 
Op YouTube verschenen al in de loop van deze dag voor Pinksteren diverse filmpjes over de lange stoet van honderden motoren, brommers, scooters en squads. Die trok vanaf vier uur in de ochtend door diverse wijken en ook de binnenstad. Zo luidruchtig mogelijk, zoals de fundamentele opzet ook is van Luilak. In tegenstelling tot eerdere meldingen gebeurde dit overigens niet met een officiële vergunning van de gemeente. Een woordvoerder van de burgemeester vanochtend (21 mei): “Die was ook niet aangevraagd.” Wel was de politie alert, op motoren en in busjes. Te zien was daarbij dat de agenten die de ronkende optocht volgden, en min of meer ‘begeleidden’, zich bewust afzijdig hielden.

 

Wakkermakerij
Het was dit keer voor het derde achtereenvolgende jaar dat in Delft via social media werd opgeroepen om een motorisch vervolg te geven aan de rond 1955 op Pinkster-zaterdag voor kinderen georganiseerde wakkermakerij. In 2022 klonk die oproep tot het laten herleven van ‘vroeger’ voor het eerst. De politie had daarvan vooraf lucht gekregen, maar de grootscheepse voorzorgen dat jaar bleken eigenlijk niet nodig. Het aantal deelnemende motoren en brommers bleef in 2022 nog vrij beperkt. In 2023 waren dat er door internet-oproepen al meer, zo’n 150. Dat leidde vorig jaar voor het eerst al wel tot schriftelijke vragen aan burgemeester en wethouders van een GroenLinks raadslid dat vreselijk geschrokken was van een ‘onbeschrijflijk hels en intimiderend lawaai’.


Terughoudend opstellen

Op haar vraag aan B en W ‘waar ligt de grens tussen ludiek evenement en ernstige geluidsoverlast?’ antwoordde wethouder Joëlle Gooijer in haar functie van waarnemend (loco) burgemeester uiteindelijk half september vorig jaar dat geen vergunning was afgegeven. Ook toen was die niet aangevraagd. De digitale oproep destijds werd bij voorbeeld via Facebook gedaan onder de naam ‘Brass Boys’. Gooijer kondigde al wel aan dat de politie bij een eventuele nieuwe Luilak (in 2024 dus) de lijn van 2023 zou voortzetten: “Terughoudend opstellen, en eventueel alleen in actie komen bij verkeersexcessen”.
Gooijer, vorig jaar september: “Het is namelijk zeer waarschijnlijk dat bij een steviger inzet door de politie een ‘jacht’ ontstaat, daar de deelnemers uit handen van de politie willen blijven. Hiermee zou juist door inzet van politie de verkeersveiligheid nadelig beïnvloed worden.”

Luilak 2024 | @Gitta Fleuren
 
'Luilak leeft, Delft beeft'
Dit jaar dook een comité ‘Luilak leeft, Delft beeft’ op, voor een grootscheepsere aanpak dan in ’22 en ’23. De woordvoerder van de gemeente zegt vanochtend dat, net zomin als vorig jaar bij de Brass Boys, niet bekend is wie de initiatiefnemers zijn van nu dit comité. Er is dan ook geen vooroverleg geweest tussen de gemeente en de Luilak-vierders over de plannen, en er is dit jaar opnieuw geen vergunning aangevraagd.
De organisatoren van afgelopen zaterdag droegen wel jacks met de comité-naam achterop. Hun aanpak leidde in elk geval tot een beduidend grotere deelname van ronkende en knallende voertuigen dan in de twee voorgaande ‘herstel van de traditie’ jaren. En daarmee ook tot meer herrie, wat dus juist de bedoeling was.

 

Op internet verschenen dit weekend honderden reacties op de bij elkaar duizenden malen bekeken filmpjes. Alleen al op de site van District8 werd een filmverslag meer dan 5.500 keer aangeklikt. Op die site is de optie tot reageren inmiddels uitgezet, maar uit wat op andere sites nog te zien was en is blijkt al grote verdeeldheid. Enerzijds is er veel bijval voor hoe het ditmaal is gegaan. Met daarnaast ook veel bozige reacties van Delftenaren die totaal verrast werden door het hevige Luilak-lawaai in de vroege ochtend: “Waarom wisten we van niks?”

 

Bewuste strategie

Dat laatste blijkt een bewuste strategie te zijn geweest van de gemeente. Loco-burgemeester Gooijer vorige herfst in de antwoorden op de schriftelijke vragen aan de raad: “De verwachting is dat de gemeente eerder het initiatief promoot dan terugdringt, als de gemeente van tevoren openlijk communiceert over Luilak.”
Op de vraag vorig jaar van GroenLinks ‘waar ligt grens ligt tussen ludiek event en ernstige overlast waarbij mogelijk de Wet Geluidhinder wordt overtreden?’ reageerde Gooijer namens het college van B en W in september met: “De grens is dat de openbare orde, en daarmee de veiligheid, van Delftenaren gegarandeerd moet blijven. Geluidhinder heeft weliswaar een raakvlak met verstoring van de openbare orde, maar het veroorzaakt niet direct onveiligheid. Er ontstaat juist een onwenselijke onveilige situatie indien te zeer actief wordt geacteerd op Luilak-deelnemers.”
Het lawaai van deze derde motor-versie van Luilak was in elk geval met het gegroeide aantal voertuigen duidelijk heftiger dan de herrie van vorig jaar. Heftiger zijn nu ook de reacties, die zijn onder te verdelen in twee tegenstrijdige kampen. De ene partij vond het zaterdagochtend prachtig: ‘Volgend jaar weer en nóg harder’ en noemt klagers ‘Zeikerts, het is traditie en maar één keer per jaar’. Vanuit het andere kamp wordt de motorrijders soms emotioneel verweten dat ze helemaal geen rekening hielden met bewoners die nog aan het werk moesten, ziek thuis liggen of getraumatiseerd zijn, kinderen hebben, of dieren die gek van angst werden.

Traditie
Wat het argument van traditie betreft, meldt Wikipedia dat Luilak in sommige delen van het land al in de zestiende eeuw werd ‘gevierd’, met gevechten tussen mannen uit diverse buurtschappen. Het Meertens Instituut uit Amsterdam, onderzoeksorganisatie op het gebied van ‘taal en cultuur’ van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen, meldt dat lawaai-luilak rond 1890 opgang maakte in een beperkt deel van Nederland. Zoals de Zaanstreek in Noord-Holland, en in Zuid-Holland, met name in Delft. Het instituut schrijft dat de viering vanaf 1930 meer ontaardde in vandalisme, in plaats van lawaai dat in de ochtend werd gemaakt. In die tijd al zocht de gemeente Delft naar manieren om uitwassen in te dammen.

 

Na de Tweede Wereldoorlog werd het een onschuldiger evenement, al was ook toen soms sprake van vandalisme. Maar tussen 1950 en 1965 werd in de buurt van de Brasserskade, in de Wippolder, het Westerkwartier en de Olofsbuurt ‘s ochtend vroeg toch vooral door kinderen belletje getrokken, en door straten gereden op fietsen met ratels en een sliert blikjes. Op internet valt te lezen dat het juist dát sentiment is, een verlangen naar die tijd, voor de drijfveer van de ‘Brass Boys’ en nu het comité ‘Luilak Leeft, Delft Beeft’ om weer eens ‘ouderwets’ uit te pakken. Alleen dan nu in gemotoriseerde vorm.

 

Ingrijpen
Afgezien van de aanrijding van een mevrouw die in de vroegte op weg was naar een vakantiebestemming, lijkt het voor zover nu bekend, erop dat het Luilak evenement van 2024 – inderdaad zonder de ‘excessen’ is verlopen waarvoor de gemeente vorig najaar nog bang was. Het organiserend comité wordt daarvoor door flink wat deelnemers ook bedankt, op internet. Anderzijds was de herrie heviger dan waarover vorig jaar officieel al werd geklaagd in de gemeenteraad. De filmpjes op internet laten er geen twijfel over bestaan dat in fikse delen van de stad de grenzen van de Wet Geluidhinder moeten zijn overschreden. Dat is waarom een deel van de uit hun slaap opgeschrikte Delftenaren op internet aandringt op ingrijpen.

 

De vraag is nu: Hoe ga je daarmee om, als stadsbestuur? De ontstane situatie tussen voor- en tegenstanders van deze moderne uitvoering van Luilak in Delft lijkt sterk op de discussie over ‘wel of geen vuurwerkverbod’. Uit een afgelopen januari door de gemeente georganiseerd en recent gepubliceerd onderzoek onder 3.200 Delftenaren blijkt dat daarover zeer verdeeld wordt gedacht. Zes op de tien ondervraagden vindt vrij afsteken van vuurwerk ‘niet langer verantwoord, gezien de schade en letsel’. Drie op de tien vinden dat het wel moet kunnen. Op de vraag of zelf vuurwerk afsteken een ‘mooie traditie is, die moet blijven’ antwoordde 41 procent instemmend, terwijl 45 procent het daar juist niet mee eens is (een kleine rest stemde neutraal).

 

'Ingewikkeld onderwerp'
De feitelijke conclusie in dit onlangs uitgebrachte gemeentelijk onderzoek over een knallende viering van ‘oud en nieuw’ is dus dat daarover in Delft zeer verdeeld wordt gedacht. En die verdeeldheid lijkt – afgaande op de vele internet-reacties – nu net zo op te gaan voor de daverende Luilak-viering van afgelopen zaterdagochtend.

 

In mei vorig jaar ondernam de gemeenteraad in een langdurige vergadering nog een poging tot een helder eindbesluit over al dan niet toestaan van vrij vuurwerk in de stad. Dat lukte niet. Burgemeester Marja van Bijsterveldt sloot de discussie toen af met de verzuchting ‘dat het een ingewikkeld onderwerp blijft’. Het heeft er alle schijn van dat ze nu hetzelfde kan zeggen over de nieuwe motorische vorm van ‘traditioneel Luilak’ vieren in Delft.