Delftse cultuurtempels boycotten Israël: ‘Druppel op gloeiende plaat’
Steeds meer culturele instellingen in Nederland en België boycotten de staat Israël, vanwege de genocide in Gaza. In Delft hebben kunstcentrum Radius en muziekpodium Wolpop zich aangesloten bij de culturele boycot. “Het is een druppel op een gloeiende plaat, maar we wilden toch een signaal afgeven.”
De culturele boycot is een initiatief waar, op het moment van schrijven, 591 organisaties uit Nederland en België bij zijn aangesloten. Daarbij zitten grote namen als het Théâtre National Bruxelles, de Koninklijke Vlaamse Schouwburg en TivoliVredenburg in Utrecht. Ook individuele kunstenaars hebben zich aangesloten, waaronder schrijver Peter Verhelst en actrice Carice van Houten. En ook Delftse organisaties sluiten zich dus aan.
Deelnemers van de boycot willen ‘niet langer aan de zijlijn blijven staan van oorlogsmisdaden’. Daarbij stellen de organisatoren van de protestactie expliciet geen individuen te boycotten. Volgens hen is de actie niet gericht op joden of Israeli’s, “maar op de medeplichtigheid van Israëlische instellingen en bedrijven aan de mensenrechtenschendingen jegens de Palestijnen.”
Spannende afweging
“We zien allemaal wat er gebeurt in Gaza”, zegt een woordvoerder van Delfts podium Wolpop, “en het drukt zwaar op ons gevoel.” Daarom besloot de organisatie van Wolpop zich aan te sluiten bij de culturele boycot.
Het was vooraf een spannende afweging of Wolpop zo’n politiek gevoelig statement moest maken.Toch stond iedereen bij Wolpop er volgens de woordvoerder achter. “We willen op deze manier toch uitdragen dat wat er gebeurt niet zou mogen.”
Geen Israëlische band op radar
Wat betekent een boycot in de praktijk? Voor Wolpop niet veel. “We waren sowieso al niet van plan een Israëlische band te boeken.”
Wanneer de boycot ophoudt, is een lastig vraagstuk. Een einde van de oorlog betekent volgens de woordvoerder van Wolpop niet per se een einde van de actie. “Vrede kan verschillende dingen betekenen. We moeten in de gaten houden wat er gebeurt, en we kijken ook naar wat de organisatie van de boycot doet.”